Samsung-topman riskeert vijf jaar cel voor omstreden fusie

Seoel, dinsdag, 26 november 2024.
Samsung-voorzitter Lee Jae-yong staat terecht in hoger beroep voor beursmanipulatie bij een fusie uit 2015. De aanklagers eisen niet alleen een gevangenisstraf, maar ook een boete van 500 miljoen won. Deze zaak komt op een cruciaal moment voor Samsung, dat worstelt met dalende winsten en aandelenkoersen.
De fusie en de gevolgen
In 2015 vond een controversiële fusie plaats tussen Samsung C&T en Cheil Industries. Deze fusie werd uitgevoerd met een aandeelruilverhouding van 1:0,35, wat leidde tot weerstand van minderheidsaandeelhouders vanwege de lage waardering. Lee Jae-yong, die op dat moment 23,3% van de aandelen in Cheil Industries bezat, zag zijn controle over Samsung C&T stijgen tot 39,9% na de fusie, waardoor het de facto de holdingmaatschappij van de groep werd[1].
Juridische strijd en aanklachten
De aanklagers beschuldigen Lee Jae-yong en 12 andere Samsung-directeuren van beursmanipulatie en het vervalsen van boekhoudkundige gegevens om de fusie te bevorderen. Ze beweren dat deze acties bedoeld waren om de controle van Lee over het Samsung-imperium te versterken tegen lagere kosten. In februari van dit jaar sprak een lagere rechtbank Lee vrij van alle 19 aanklachten wegens gebrek aan bewijs, waarop het Openbaar Ministerie in beroep ging[2].
Impact op Samsung en bredere marktimplicaties
De zaak tegen Lee komt op een moment dat Samsung kampt met economische uitdagingen, waaronder dalende winsten en een dalende aandelenkoers. De uitkomst van deze zaak kan invloed hebben op de bredere Zuid-Koreaanse zakelijke omgeving, vooral met betrekking tot transparantie en governance binnen familiebedrijven, bekend als chaebols. Voor Nederlandse investeerders en bedrijven die geïnteresseerd zijn in de Aziatische markten, kan de zaak een indicatie zijn van de risico’s en dynamiek binnen de Zuid-Koreaanse zakelijke sector[3].
Vooruitzichten en besluitvorming
De definitieve uitspraak in het hoger beroep wordt verwacht op 3 februari 2025. Deze uitspraak kan bepalend zijn voor de toekomst van Lee’s leiderschap bij Samsung en de manier waarop chaebols in Zuid-Korea worden bestuurd. De zaak heeft internationale aandacht getrokken, gezien Samsung’s invloed op de wereldmarkten, met name in de halfgeleider-, elektronica- en telecommunicatiesectoren[4].